Waar staan we met het klimaat?

Ook zo benieuwd waar we staat met het klimaat? Kijk dan deze TED-talk van Johan Rockström, hoogleraar en vooraanstaand klimaatwetenschapper. In 18 minuten ben je helemaal bij en hij noemt zichzelf een optimistische realist. Kijken dus!

Op 12 minuut en 10 komt hij te spreken over het resterende koolstofbudget voor de 1,5 gradengrens. Hoeveel CO2 mogen we nog uitstoten om een 50%-kans te hebben om niet over de 1,5 gradengrens heen te gaan? Dat budget is 200 Gigaton CO2. Op dit moment stoten we (alle mensen samen) 40 Gt per jaar uit. Dat betekent dat we over 5 jaar door dit budget heen zijn. Het is daarom zeer waarschijnlijk dat we ergens tussen 2030 en 2035 door de 1,5 gradengrens heen zullen breken.

Gelukkig weten we wat de oplossing is en hebben we de technologie daarvoor in huis. Alleen kunnen we niet langer stapje voor stapje lineair veranderen. Omdat we nog maar zo weinig tijd hebben moeten we exponentieel veranderen.

De impact van de Canadese bosbranden is enorm

Wetenschappers hebben berekend hoeveel CO2 er door de Canadese bosbranden in 2023 in de atmosfeer terecht is gekomen. Als we die uitstoot van ruim 2300 megaton *) vergelijken met de uitstoot van landen, zouden de Canadese bosbranden op de vierde plek komen. Voor deze vergelijking zijn de uitstootgegevens van alle landen in 2022 gebruikt. Alleen China, India en de VS hebben in die periode voor meer uitstoot gezorgd. Hier is de link naar het onderliggende artikel in Nature.

De vergelijking laat zien hoe enorm de omvang van de branden was. De uitstoot van de bosbranden was ongeveer veertien (!) keer zo hoog als de totale uitstoot van Nederland in 2022.

De Canadese bosbranden in 2023 waren uitzonderlijk, mede door het hete en droge weer. Maar modellen laten zien dat het uitzonderlijke weer van 2023 het gemiddelde weer van 2050 kan zijn. En dat de kans daarmee groot is dat branden van een dergelijk omvang dan niet meer uitzonderlijk zullen zijn.

Relevantie

Dit alles is om twee redenen van groot belang. Bossen halen CO2 uit de lucht en slaan het op in de bomen en bodem. Deze opslag wordt verrekend met de uitstoot die in een land plaatsvindt. Als in de toekomst vaker meer bossen branden, dan neemt de opslagcapaciteit af en moet het land dus meer uitstoot reduceren om zijn klimaatdoelen te halen. En dan hebben we het hier alleen nog maar over bosbranden in Canada.

De tweede reden waarom dit van belang is, is dat Canada de uitstoot van zijn bosbranden niet meetelt in zijn totale uitstoot. Canada telt ‘natuurlijke verstoringen’ namelijk niet mee. Maar het feit dat Canada dit niet meetelt en dus niet rapporteert, neemt niet weg dat de CO2 wel in de atmosfeer is gekomen. Het wereldwijde koolstofbudget neemt hierdoor versneld af. Een koolstofbudget is de hoeveelheid CO2 die we met zijn alleen nog mogen uitstoten om niet over het 1,5 resp 2 gradendoel heen te schieten. Meer uitstoot betekent dat we eerder over die doelen heen gaan. Als we dat niet willen, zal er dus sneller meer CO2 moeten worden bespaard. De urgentie neemt dus (nog) verder toe.

Noot

*) In het artikel in The Guardian staat dat de bosbranden voor een uitstoot van 647 megaton (Mt) hebben gezorgd. Dat is niet wat de onderzoekers in Nature hebben gepubliceerd. Zij hebben het over 647 TgC, oftewel teragram koolstof. “All quantities presented are in units of teragrams of carbon (1 TgC = 1 MtC = 1,012 gC), which can be converted to units of megatonnes of CO2 (MtCO2) by multiplying by a factor of 3.664.”

Hittestress steeds groter probleem

De NOS besteedde deze week aandacht aan ‘koelte-ongelijkheid’ en oogstte daarmee de spot van velen die de opwarming ontkennen.

Feit is dat het in Nederland (en op de aarde) steeds warmer wordt. Feit is ook dat hitte in veel woningen een toenemend probleem is. Feit is ook dat dit gekoppeld is aan je positie op de maatschappelijke ladder. Heb je meer te besteden, dan is de kans groter dat je in een beter geïsoleerd huis woont, in een wijk waar meer groen en dus meer schaduw is. Dat je in een eigen huis woont en dat je geld hebt om een zonwering en/of een airco aan te schaffen. Op die manier is er een directe link tussen de dikte van je portemonnee en de gezondheidseffecten – fysiek en mentaal – van de klimaatverandering. Anders geformuleerd: de gezondheidseffecten treffen de meest kwetsbaren het hardst.

Opvallend is dat de NOS die link niet legt. Dat geldt ook voor de link met de klimaatcrisis. Bij de NOS lijkt de hitte op zichzelf te staan en uit de lucht te komen vallen. Dat is onterecht en jammer, want dit is een probleem dat de komende jaren alleen maar groter zal worden.

Vakantietijd de mooiste tijd

Onlangs kwam ik op voorheen Twitter een trefzekere cartoon van Patrick Chappatte tegen. Een gezinnetje is met de auto op vakantie en komt op een kruispunt. De bestemmingen zijn warming, floods en fires. Omkeren is niet toegestaan. De keuze bestaat dus uit 3 nare opties. (Vanwege het copyright kan ik de cartoon hier helaas niet tonen.) De cartoon was aanleiding om dit stuk over vakanties in tijden van de klimaatcrisis te schrijven.

Door de opwarming verandert onze planeet in hoog tempo in een onvriendelijker plek om te wonen en dus ook om vakantie te vieren. Hagel, hitte, bosbranden of overstromingen kunnen de vakantiepret flink drukken en voor flinke schade zorgen.

Daarom houdt inmiddels 38 procent van de Nederlanders bij de vakantieplannen rekening met extreem weer. “De meeste mensen doen dat door de bestemming aan te passen: ongeveer 20 procent. Anderen passen de vakantieperiode aan, boeken meer last-minute of letten extra op voorwaarden en verzekeringen bij het boeken.”

Dat het menens is blijkt ook uit het feit dat verzekeraars en de ANWB adviezen geven over hoe een vakantie met extreem weer door te komen. “Is er kans op een hagelstorm? Probeer je auto onder een viaduct of in een parkeergarage te parkeren. Kan dat niet, bescherm je auto dan tegen de hagelstorm door het dak, de ruiten en de lampen zo goed mogelijk af te dekken met lucht- en dekbedden, slaapzakken, caravankussens of wat je maar kunt vinden om eventuele schade te beperken. Doe dat ook bij je tent of caravan.”

So here we are. De klimaatcrisis heeft een steeds grotere impact, nota bene zelfs tijdens onze vakantie. Maar flexibel als we zijn, plooien we onze vakantie zo soepel mogelijk om de problemen heen. Zo lijkt de klimaatcrisis een kwestie van risico’s managen en kosten minimaliseren. Eigenlijk ook een soort van klimaatadaptatie. De valkuil is dat we wennen aan extremen en het omgaan ermee. Of het proberen te vermijden ervan. Terwijl de spreekwoordelijke badkraan open blijft staan, gaan we op vakantie naar die plekken die nog niet ondergelopen zijn. Totdat dit op een dag niet meer mogelijk is.

Raad adviseert over brede welvaart

Alweer een dijk van een advies van de Raad voor leefomgeving en infrastructuur. Deze keer gaat het over sturen op brede welvaart. Politici en ambtenaren “moeten systematisch alle gevolgen afwegen van beleidskeuzes voor economie, maatschappij en leefomgeving”.

Sturen op brede welvaart heeft grote voordelen maar is nog niet zo eenvoudig en er zijn ook valkuilen. Acht thema’s zijn bepalend voor brede welvaart: welzijn, gezondheid, inkomen, onderwijs, leefomgeving, plus economisch, natuurlijk en sociaal kapitaal. Klimaat zit daarin verstopt maar het lijkt me logisch dat expliciet te benoemen als negende thema.

Enorm draagvlak voor klimaatactie

Uit onderzoeken blijkt steevast dat zo’n driekwart van de Nederlanders zich zorgen maakt over het klimaat. Eenzelfde percentage wil ook dat er meer klimaatactie komt. Uit een nieuw onderzoek komt naar voren dat op wereldschaal het draagvlak nog groter is.

Dat blijkt namelijk uit een nieuw onderzoek van UNDP, de ontwikkelingsorganisatie van de VN. Voor dit onderzoek zijn meer dan 73.000 mensen in 77 landen bevraagd. Samen zijn zij representatief voor 87 procent van de wereldbevolking.

De resultaten zijn een steun in de rug voor sterk klimaatbeleid. Wereldwijd is 80 procent daar voorstander van. Meer mensen nog, namelijk 86 procent, vinden dat landen hierin beter moeten samenwerken. Zoals UNDP ook constateert, dat is opvallend gezien de wereldwijde tendens van internationale conflicten en versterkt nationalisme. Blijkbaar beschikken wereldburgers over een stuk meer wijsheid dan hun leiders.

Toets ruimtelijke plannen op klimaatbestendigheid

De Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (Rli) heeft een advies uitgebracht over hoe we bij de de ruimtelijke inrichting van ons land beter rekening kunnen houden met klimaatverandering.

De Raad pleit voor nogal een serieuze omwenteling in de ruimtelijke ordening. Zo stelt de Raad voor om voortaan alle ruimtelijke visies, plannen en besluiten van de overheid op hun klimaatbestendigheid te toetsen. De eindigheid van het huidige waterbeheer komt namelijk in zicht. We waren gewend geraakt om het water en het land naar onze hand te zetten. Maar die tijd is geweest: op sommige plaatsen wordt het te duur en te ingewikkeld. Niet alle gebruiksfuncties kunnen in de toekomst nog altijd en overal. Zo kun je in sommige gebieden gewoon beter niet meer bouwen. Het kan ook zijn dat gebieden nog een tijdje wel ‘normaal’ kunnen worden benut. In dat geval moet de overheid aangeven tot wanneer ‘normaal’ gebruik mogelijk zal zijn. Tot die tijd kan er bijvoorbeeld wel nog flexibel worden gewoond en geboerd.

Het lijken mij zinvolle aanbevelingen. En laten we eerlijk zijn: het is natuurlijk gek dat er nog geen verplichte klimaattoets van ruimtelijk plannen is. Zeer benieuwd of de nieuwe minister van Ruimtelijke Ordening hiermee aan de slag wil gaan.

Lees hier een interview over het advies.

Klimaat: Nederlanders hebben wel zorgen maar willen niet veranderen

In april 2024 publiceerde het SCP een interessant onderzoek over de houding van Nederlanders mbt klimaatverandering en duurzaam gedrag. Hier de conclusies (citaten uit het nieuwsbericht).


1. Driekwart van de Nederlanders is bezorgd over het klimaat en vindt dat er actie moet worden ondernomen om klimaatverandering tegen te gaan.
2. Toch voelt slechts één op de twee Nederlanders zich persoonlijk verantwoordelijk en leiden klimaatzorgen nauwelijks tot duurzamer gedrag.
3. Vooral mensen meteen hbo- of wo-opleiding en een relatief hoog inkomen zijn erg bezorgd over het klimaat, maar dat uit zich nauwelijks in meer duurzaam gedrag. Voor veel mensen met een praktische opleiding en een relatief laag inkomen geldt het tegenovergestelde. Zij gedragen zich significant duurzamer dan de gemiddelde Nederlander, terwijl zij de urgentie van het klimaatprobleem juist minder onderschrijven.
4. Nederlanders zijn in een meerderheid van de situaties (54%) niet bereid hun leefstijl aan te passen, ondanks hun zorgen om het klimaat, de dreiging van natuurrampen en de oproep van de overheid en de wetenschap voor duurzamer gedrag. Als mensen al bereid zijn tot verandering dan is dat vooral als duurzaam gedrag goedkoper is dan niet-duurzaam gedrag. Hun overwegingen zijn dus vooral financieel gedreven. Klimaatbeleid gericht op het financieel belasten van niet-duurzaam gedrag lijkt dan ook effectief.

Onvrede

5. Ondanks het groeiende klimaatbesef sinds 2019 is de onvrede over de aandacht voor klimaat bij een substantiële groep Nederlanders toegenomen (45%). Zij vinden vooral dat er urgentere problemen zijn die aangepakt moeten worden, zoals asiel en migratie, structurele ongelijkheid en de houdbaarheid van de zorg. Daarnaast hebben zij het gevoel dat een kleine groep mensen klimaatmaatregelen aan de rest wil opleggen en zijn zij bang dat zij nergens meer van mogen genieten.
6. Verder vinden de meeste Nederlanders dat de kosten van klimaatbeleid niet eerlijk verdeeld worden tussen arme en rijke Nederlanders (61%) en tussen burgers en bedrijven (70%). Rechtvaardig klimaatbeleid zou volgens Nederlanders gebaseerd moeten worden op het principe dat de grootste vervuilers het meest betalen en dat mensen met meer inkomen meer bijdragen dan mensen met een smalle beurs.

Aanbevelingen

7. Financiële prikkels en rechtvaardig beleid kunnen ervoor zorgen dat klimaatbeleid effectiever is en mensen hun gedrag aanpassen. Daarnaast blijkt uit het onderzoek dat mensen pas gaan bewegen als anderen dat ook doen. Het kan dus helpen als mensen uit dezelfde sociale groep duurzamer voorbeeldgedrag vertonen. Tot slot kan het helpen als mensen met elkaar in gesprek gaan over de achterliggende overtuigingen van hun houding en gedrag ten aanzien van het klimaat en wat er nodig is om tot duurzamer gedrag te komen.

Conclusies

Welke conclusies kunnen we hier uit trekken? Om te beginnen dat er weinig veranderingsbereidheid in de samenleving lijkt te zijn. Mensen maken zich zorgen, maar willen niet of nauwelijks veranderen. Als ze al willen veranderen dan alleen of vooral als dat geld oplevert. En hoogopgeleiden, waarvan je zou verwachten dat ze het best kunnen doorgronden wat er aan de hand is, laten het massaal afweten. Eigenlijk precies zoals je het in een samenleving met neoliberale stempel kunt verwachten. Verder vindt iets minder dan de helft van de Nederlanders dat er teveel (!) aandacht is voor klimaatbeleid. En er is veel onvrede over de kostenverdeling tussen arm en rijk en tussen burgers en bedrijven.

Dat laatste biedt dan wel weer meteen goede aanknopingspunten voor overheidsbeleid. Dat geldt ook voor het inzetten op voorbeeldgedrag en dialoog. En met passie en overtuiging de noodzaak van klimaatbeleid uitdragen natuurlijk. De grote vraag is of het nieuwe kabinet daar mee aan de slag gaat.

Hoeveel graden erbij deze eeuw?

Hoever gaat de aarde nog opwarmen deze eeuw? Dat is de vraag die The Guardian voorlegde aan de wetenschappers betrokken bij het IPCC. Het antwoord is nogal onthutsend want 77 procent van de respondenten verwacht een stijging van tenminste 2,5 graden. Bijna de helft verwacht dat de opwarming de 3 graden overstijgt. Slechts 6 procent verwacht dat de opwarming beperkt blijft tot de afgesproken 1,5 graden.

Onthutsend is ook de wanhoop die veel wetenschappers voelen. Zij voorzien een toekomst waarin autoriteiten overweldigd worden door het extreme event na het andere en waarin de voedselproductie ernstig wordt verstoord.

Wetenschappers voelen grote zorg en frustratie over het feit dat er zo traag wordt gereageerd op de klimaatcrisis. En dat terwijl we weten wat we moeten doen en alle technologie om de opwarming te beperken beschikbaar is. Het is belangrijk om alles op alles te zetten want iedere fractie van een graad minder opwarming redt levens.

Op dit moment gaan we hard richting de grens van 1,5 graden en nu al zien we overal ter wereld de rampzalige effecten daarvan. Bosbranden, overstromingen en extreme hitte zijn aan de orde van de dag. Dat wij dat (nog) niet zo ervaren in ons deel van de wereld is een onbeschrijfelijk geluk, maar het vertekent onze perceptie van de crisis wel behoorlijk. Hoewel, recentelijk hebben de boeren al aangegeven enorm veel last te hebben van de overvloedige regenval.