De lezer blijft met een te rooskleurig beeld achter

Onlangs plaatste NOS een uitgebreid stuk van journaliste Heleen Ekker over het verwijderen van CO2 uit de lucht. De samenvatting staat kort en krachtig in de eerste alinea. “Nederland is zó snel door de hoeveelheid CO2 heen die het nog mag uitstoten, dat het ook CO2 uit de lucht zal moeten halen. Maar Nederland heeft hiervoor maar beperkte mogelijkheden en dus moeten overheden en bedrijven zich daarmee niet rijk rekenen. Dat zeggen klimaatexperts tegen de NOS.”

Het is op zich een prima stuk, met een interessante insteek. Wat opvalt zijn de dingen die er niet in staan, de kritische kanttekeningen die niet worden gemaakt. Zo wordt als eerste de optie om CO2 uit de lucht te halen het aanplanten van extra bos genoemd. Maar voorlopig sterven er vooral heel veel bomen, door droogte, hitte, branden, kevers en ziekten. Hierdoor komt juist veel CO2 vrij en is het al een hele opgave om die sterfte te compenseren.

De 1,5 graad lijkt hier nog springlevend

Onderzoeker Detlef van Vuuren van het PBL, één van de architecten achter het Verdrag van Parijs, zegt het volgende. “We proberen te kijken hoe we die 1,5 graad toch nog kunnen bereiken. We verkennen daarvoor allerlei paden, ook paden waarin we fors uitgaan van gedragsverandering: bijvoorbeeld minder vliegen, minder vlees eten of meer energiebesparing. Maar zelfs als we al die puzzelstukjes op tafel leggen, dan is er nog een puzzelstukje nodig waarmee CO2 uit de lucht wordt gehaald.” Dit suggereert dat het nog prima mogelijk is om onder de 1,5 graad te blijven. De werkelijkheid is dat die kans minimaal is, nog los van El Ninõ.

Onderzoeker Cor Leguijt van adviesbureau CE Delft “onderzocht vorig jaar hoeveel CO2 Nederland nog mag uitstoten, en of nieuwe gaswinning op de Noordzee daar nog wel bij past. Een antwoord op die laatste vraag is moeilijk te geven.” Vreemd, je zou zeggen dat inmiddels wel bekend is dat we zsm van fossiel af moeten, dus ook van gas. Nieuwe gaswinning past daar niet bij, toch?

De lezer blijft met een te rooskleurig beeld achter

Het zijn zomaar drie passages waarmee argeloze lezers op het verkeerde been worden gezet. Daarmee suggereer ik niet dat het opzettelijk gebeurt, maar het effect is er wel. Op basis hiervan kunnen lezers blijven geloven in een beeld dat de klimaatcrisis prima onder controle is. Juist ook omdat het ingewikkelde materie betreft en de informatie gefragmenteerd is. Daarmee krijgen lezers niet de kans om een goede afweging te maken of vol vertrouwen achterover leunen nog wel een verstandige optie is. Of dat het onderhand hoog tijd is om letterlijk of figuurlijk de straat op te gaan om meer actie van de politiek en bedrijven te eisen.

Het verschil tussen 1,5 en 2 graden opwarming

In het klimaatakkoord van Parijs is afgesproken dat de temperatuur ten opzichte van het pre-industriële tijdperk met niet meer dan 2 graden Celsius mag stijgen. Bovendien is het streven om de opwarming beperkt te houden tot 1,5 graden. Een logische vraag is dan ook: wat is het verschil tussen een wereld met 1,5 en 2 graden opwarming?

Een wereld met 1,5 en 2 graden opwarming

Wat is het verschil tussen een wereld met 1,5 en 2 graden opwarming? In dit artikel op de website Vox.com wordt het verschil samengevat met deze figuur:

Op het eerste gezicht lijkt het verschil tussen een wereld van 1,5 en 2 graden misschien niet zo heel groot. Ik bedoel, of in 2100 de zeespiegel 40 of 50 cm hoger staat, moeten we daar nu echt wakker van liggen?

Het antwoord is ja. Een 10 cm hogere zeespiegel wordt bij een storm namelijk opgestuwd tot een nog veel hogere watermassa. Langere en heftigere hittegolven kunnen net het verschil maken tussen overleven of niet. En de afname aan ‘freshwater’ in het Middellandsezeegebied verdubbelt bijna in een wereld met 2 graden opwarming.

Daarbij is het goed te bedenken dat het complex is om de effecten precies te voorspellen, ook in hun onderlinge samenhang. Bovendien gaat het om gemiddelde temperaturen over de hele wereld. Op de polen en boven land kan de toename al snel het dubbele zijn.

Nu al zien we de enorme impact die klimaatverandering heeft, bijvoorbeeld bij de grote branden in Californië, Australië en Siberië. En dat terwijl de gemiddelde temperatuur nog maar 1 graad is gestegen.

Een wereld met 4 graden opwarming

Maximaal 2 graden opwarming is dus het doel, maar voorlopig neemt de uitstoot nog steeds toe. Volgens deskundigen is de aarde dan ook eerder op weg naar een opwarming van 3 of 4 of misschien zelfs wel 5 graden in 2100. Wat weten we over zo’n wereld?

Logischerwijs is zo’n wereld nog moeilijker te voorspellen dan een 2 gradenwereld. Toch geeft dit artikel in The Guardian van mei 2019 alvast een aantal huiveringwekkende details prijs.

Zo zal de zeespiegel in 2100 met 2 meter en meer stijgen omdat al het ijs aan het smelten is. Laag gelegen gebieden zullen onderlopen en mensen zullen op zoek moeten naar nieuwe leefgebieden. Alleen al in Bangladesh gaat eenderde van het land verloren. Door de droogte en hitte zullen grote delen van Zuid-Europa verwoestijnen. Rivieren als de Rijn en de Donau zullen fors minder water meevoeren. Overal zullen diersoorten uitsterven omdat ze zich niet snel genoeg kunnen aanpassen aan de veranderende omstandigheden.

Het produceren van genoeg voedsel voor iedereen wordt een uitdaging (understatement) omdat veel landbouwgrond onbruikbbaar wordt en de opbrengsten afnemen. De beschikbaarheid van drinkwater zal op veel plaatsen een probleem zijn. In totaal zullen er zo’n 2 miljard vluchtelingen zijn. Dit alles zal onherroepelijk tot grote spanningen en conflicten leiden. Een oplossing hiervoor is om echt over de landsgrenzen heen te gaan samenwerken en om eerlijk te delen.

Meer inzicht biedt de studie Turn Down the Heat: Why a 4°C Warmer World Must be Avoided die de Wereldbank in 2012 heeft laten uitvoeren.