De klimaatconferentie in Belem is net afgelopen, en ook deze COP was geen succes. Althans geen succes voor het klimaat, wel voor eenieder die veel geld met kolen, olie of gas verdient. Alsof mensen die veel geld verdienen met kolen, olie of gas geen stabiel klimaat nodig hebben, maar dat terzijde.
De fossiele lobby heeft met succes voorkomen dat het woordje fossiel in de slottekst werd opgenomen. Het is niet echt een verrassing al zou je hopen dat meer klimaatbewuste landen eindelijk eens met de vuist op tafel slaan en hun eigen weg gaan. Maar daarvoor zijn ze nog te afhankelijk van fossiele brandstoffen, blijkbaar.
Hoe “vang” je deze situatie in een beeld? Ik herinnerde me dat ik jaren geleden wel eens nachtmerries heb gehad, dat er iets ergs gebeurde en ik dringend hulp wilde halen. Maar dat kon niet omdat de 1 onvindbaar was op de telefoon en ik dus geen 112 kon bellen. Of dat de 1 er wel nog was, maar de beltoets ontbrak. Hieruit is het volgende beeld ontstaan.
Wanneer je 112 wilt bellen vanwege een noodsituatie voor de planeet en de lobby voor de fossiele brandstoffen de 1 onklaar heeft gemaakt
When you want to call 911 because of a planetary emergency and the fossil fuel lobby has disabled the 1
Op de COP30 klimaatconferentie in Belem hoopt Brazilië een cruciale stap te zetten om de regenwouden te beschermen. Grootste probleem bij de bescherming is dat het kappen van regenwouden geld opbrengt (hout, grond voor plantages) terwijl bescherming geld kost. En geld is nou juist iets dat schaars is, zeker in landen die veel regenwoud hebben. De huidige financiering is dan ook sterk ontoereikend en nooit permanent, en daar moet verandering in komen. Niet voor niets heeft Brazilië zijn initiatief Tropical Forest Forever Facility (TFFF) genoemd. Maar wat is dat TFFF nou precies?
Hoe werkt het TFFF?
Het idee is dat er een fonds komt – Tropical Forest Investment Fond (TFIF) genoemd – met de omvang van 125 miljard US dollar. De eerste 25 miljard moet komen van landen en liefdadigheidsorganisaties. De resterende 100 miljard moet van banken en investeerders komen, van de private sector dus. Hoewel landen en liefdadigheidsorganisaties ervoor kunnen kiezen om hun bijdrage te schenken of als renteloze lening te geven, is er expliciet ook een optie van rentedragende leningen. Dus als een land zegt, wij dragen zoveel miljard of miljoen bij, dan is dat zeer waarschijnlijk geen gift maar een rentedragende lening. Voor het private deel geldt sowieso dat het geen gift is, maar een belegging in obligaties die het TFIF uitgeeft.
De opzet is dat het TFIF de 125 miljard belegt, in staatsobligaties en aandelen in opkomende markten en ontwikkelde landen. Precies staat dat nog niet vast. Het idee is dat de opbrengsten van de beleggingen hoog genoeg zijn om zowel de obligatiehouders en leningverstrekkers een marktconforme of afgesproken vergoeding te betalen, de kosten van het beheer van het fonds te dekken en ook nog een vergoeding per hectare regenwoud uit te kunnen keren. Om dat laatste is het natuurlijk allemaal te doen. Het bedrag dat daarvoor wordt genoemd is 4 dollar per hectare regenwoud per jaar. Het bedrag zou worden uitgekeerd aan de landen die regenwoud hebben. Minimaal een vijfde daarvan is bestemd voor inheemse volkeren en lokale gemeenschappen. Zij wonen vaak in de wouden en zijn essentieel voor het voortbestaan ervan.
Wat gebeurt er als de beleggingen tegenvallen?
Als alles goed gaat en de beleggingen goed renderen zou de opzet inderdaad kunnen werken. Maar beleggingen kunnen zoals bekend fluctueren en zeker in opkomende markten zijn er extra risico’s. Daar komt bij dat er volgens de concept note wordt gewerkt met een zogenaamde negatieve lijst (pagina 38). In line with these objectives, when and if acquiring corporate bonds, TFIF will refrain from investments that cause significant environmental impact, such as deforestation and GHG emissions. This includes activities related to coal, peat, oil and gas. The negative exclusion list will be finalized by the Board of the TFIF and updated periodically.
Het is natuurlijk goed als er niet wordt belegd in de meest schadelijke activiteiten. Hopelijk lukt dat ook en blijven er voldoende hoogrenderende beleggingen over. Hoe dan ook kunnen er altijd landen in de problemen komen of bedrijven failliet gaan.
Dat roept de vraag op wie de klappen opvangt als het tegenzit. Eigenlijk zijn er twee opties: de uitkeringen aan de landen met regenwoud gaan omlaag of het gaat ten koste van de 25 miljard die zijn ingelegd door landen en liefdadigheidsinstellingen. Of beide natuurlijk. Tegenvallers zullen in ieder geval niet snel ten koste gaan van de private beleggingen (de 100 miljard). Daardoor wordt beleggen in het TFIF voor de private sector een praktisch risicoloze onderneming.
Afrondend
Hoe kunnen we afrondend naar het voorstel voor het TFFF kijken? Tot mijn verrassing zitten er diverse aspecten aan die tot nu toe niet of nauwelijks in de publiciteit zijn gekomen. Is dat toeval of met opzet? Wat opvalt is dat we eigenlijk kijken naar één groot beleggingsfonds waarbij de bodem van de financiering wordt gelegd door landen en liefdadigheidsinstellingen. De private partijen lopen praktisch geen risico omdat de 25 miljard van de overheden en liefdadigheidsinstellingen de eerste klappen opvangen. De bijdrage voor het behoud van de bossen is wat er overblijft als verschil tussen opbrengst en kosten. Dat is niet echt een stevig vertrekpunt.
De regenwouden zijn tot nu altijd het slachtoffer geworden van roofbouw als gevolg van economische groei. Meer hout om mee te bouwen of meubels of papier van te maken. Meer grond om runderen op te laten grazen of soja of palmolie op de verbouwen. Ironisch genoeg is meer economische groei precies dat wat nodig is om de beleggingen te laten renderen om het regenwoud te redden. Daar zit een contradictie, ook als het fonds belooft niet in de meest milieuschadelijke activiteiten te beleggen. Via meer economische groei zal er alsnog vraag naar meer hout en meer ruimte ontstaan. De regenwouden zullen dus ook op andere manieren moeten worden beschermd. Denk aan wetgeving en effectieve handhaving.
Het heeft ergens ook iets treurigs dat er een zo’n enorm financieel gedrocht moet worden opgetuigd om geld te genereren om het regenwoud te redden. Tijdens de COP30 zal moeten blijken of er voldoende toezeggingen voor de pot van 25 miljard komen om van start te gaan. Daarna zal moeten blijken of het lukt met de investeringen uit het fonds voldoende rendement te genereren. Als het niet of onvoldoende lukt is het regenwoud en dus ook de mensheid er weinig bij opgeschoten en hebben vooral de bankiers en fondsbeheerders er profijt van gehad.
De jongste generaties gaan nog het langst mee terwijl zij niet mogen stemmen. Met je stem van nu bepaal je mede het beleid van de komende jaren en decennia, bijvoorbeeld bij het klimaatbeleid. Denk daarom bij het uitbrengen van je stem ook aan de het belang van de jongsten.
De vraag is ook of we in staat zijn om na een periode van ‘overshooting’ boven de 1.5 weer onder de ‘veilige’ 1.5 graden te duiken. Dat laatste kan alleen als we nu als de wiedeweerga echt aan de slag gaan om de CO2-uitstoot naar nul te brengen. Voorlopig lijkt het urgentiegevoel daarvoor nationaal en internationaal ver te zoeken. Om de temperatuur weer te laten dalen moeten we zelfs CO2 aan de atmosfeer gaan onttrekken, dat wordt helemaal een tour de force.
Veel mensen denken dat de echt grote en niet technisch oplosbare klimaatproblemen nog generaties ver van ons verwijderd zijn (alsof dat handelen nu minder urgent zou maken, maar dat terzijde). Dat is echter een tragische misvatting, gebaseerd op desinformatie en wensdenken.
Feit is dat er veel wordt gepraat en geklaagd maar dat we nog steeds niet echt begonnen zijn met serieus klimaatbeleid. Feit is ook dat de uitstoot wereldwijd nog steeds niet afneemt en dat de temperatuur steeds sneller stijgt. Al in 2040 kunnen we de 2 graden passeren. Zelfs het bereiken van de 3 gradengrens in 2050 is niet langer uit te sluiten. Dat zou ook voor het (nog) rijke Nederland een absoluut rampscenario zijn.
De Wetenschappelijke Raad voor Klimaatbeleid heeft een analyse op hoofdlijnen gemaakt van wat partijen in hun verkiezingsprogramma’s opschrijven over het klimaat. Het is een kort en krachtige en vooral ook rake analyse geworden.
Want inderdaad: teveel wordt klimaat nog benaderd als ‘moetje’, want verplicht vanwege internationale afspraken en nationale wetgeving. En veel te weinig gaan partijen inderdaad in op de soms lastige keuzes die je moet maken als je klimaatbeleid handen en voeten wilt geven. Wat dat betreft is het voor de kiezer een beetje als de weg zoeken in dichte mist.
Boven dit alles hangt de onduidelijkheid over wat de klimaatcrisis precies gaat betekenen als we verder gaan op het huidige pad van veel te weinig doen. Wat gaat er dan voor ellendigs gebeuren en wanneer? Daar wordt hooguit heel abstract over gesproken en dan vaak ook nog eens in een context van ‘dat kunnen we aan’, vooral als het over problemen vanwege teveel of te weinig water gaat. Mensen hebben daardoor geen idee van de dreigingen die in de lucht hangen, ook in Nederland. Denk aan langdurige stroomuitval, tegenvallende oogsten, langdurige hittegolven, grote bosbranden. Mensen denken nu vaak nog dat dit hooguit iets is voor over enkele generaties, en dus niet iets om je echt druk over te maken. Dat geeft een totaal verkeerd beeld met daaraan gekoppeld een laag urgentiegevoel.
De Wetenschappelijke Raad voor het Klimaatbeleid heeft een advies uitgebracht over de wisselwerking tussen de klimaatcrisis en bodems en bossen. “Bossen en bodems worden extra hard geraakt door klimaatverandering én door menselijk handelen. Tegelijkertijd is de bijdrage van bossen en bodems in het klimaatbeleid cruciaal voor het opnemen van koolstof en het leveren van biomassa voor bio-energie of biobased materialen. Bossen en bodems beter beschermen is nodig om hun bijdrage aan de klimaatdoelen veilig te stellen.” De volgende infographic geeft een mooi overzicht:
Goed dat de WRK aandacht vraagt voor dit thema, zowel in internationaal perspectief als nationaal. Ook goed dat de WRK dit vlak voor de verkiezingen doet. Hopelijk kan het advies worden meegenomen in het opstellen van een regeerprogram. Vanuit helikopterperspectief geeft het te denken dat nieuws over de effecten van de klimaatcrisis ALTIJD tegenvalt. Het is een patroon dat zich steeds weer herhaalt maar waar we (=de mensheid) niet of slechts met grote vertraging van lijken te leren. Het heeft te maken met de aard van de wetenschap (het benadrukken van onzekerheidsmarges en de noodzaak van nader onderzoek), voortschrijdend inzicht en het per definitie vertraagd meten van effecten maar er zitten meer aspecten aan, ook psychologische. Tragisch en boeiend tegelijkertijd. Zie ook mijn stuk over 25+ Redenen waarom we zo traag reageren op de klimaatcrisis.
In het Verdrag van Parijs is afgesproken om de opwarming van de aarde bij voorkeur onder de 1,5 graad Celsius te houden en zeker onder de 2 graden. Daarbij gaat het om de gemiddelde wereldwijde temperatuur. De volgende kaart opgesteld door Ed Hawkins laat de feitelijke opwarming per regio zien.
Duidelijk is dat Nederland al op zo’n 2 graden opwarming zit, en Duitsland al op zo’n 2,5 graden. Waarom bevindt de wereldwijde opwarming zich dan nog steeds (net) onder de 1,5 graden? Het antwoord is dat de oceanen ontzettend veel warmte hebben gebufferd, waardoor de wereldwijde temperatuurstijging (nog) niet de pan is uitgerezen. Maar de laatste jaren zijn de oceanen met een inhaalrace bezig die wetenschappers voor een raadsel stelt. De volgende figuur laat dit zien:
Op naar de drie graden?
Op een recent congres in Hamburg hebben meteorologen bekend gemaakt dat een toename van de opwarming naar 3 graden (wereldwijd) in 2050 tot de mogelijkheden behoort. Dat zou betekenen dat de aarde de komende 25 jaar net zoveel opwarmt als de afgelopen 150 jaar.
Het CPB heeft onderzoek gedaan naar het overstromingsrisico voor Nederlandse huishoudens en de financiële aspecten daarvan. De NOS schreef er een informatief bericht over.
Terwijl het risico op overstroming nog steeds klein is, neemt dat door de klimaatcrisis wel toe. En als het dan gebeurt, kan dat verstrekkende gevolgen hebben. Een op de drie huishoudens kan volgens het CPB de overstromingsschade niet betalen, ook niet na vergoeding door de verzekering en compensatie door de overheid.
Overigens heeft het CPB alleen gekeken naar echte overstromingen. Schade door heftige neerslag is niet meegenomen. Ook is vooral gekeken naar eengezinswoningen en huiseigenaren.
Mijn eigen conclusie in een notendop is de volgende. De klimaatcrisis maakt op termijn iedereen (via hogere belastingen en verzekeringspremies) armer, en bij sommigen (wanneer getroffen door klimaatschade, met lagere inkomens en/of wonend in risicogebieden) hakt het er meer in dan bij anderen.
Op dit moment worden de kosten van schade in hoge mate over iedereen verdeeld, dus ongeacht het individuele overstromingsrisico. De tegemoetkoming vanuit de overheid wordt uit de algemene middelen betaald en de verzekeraars maken bij de premieberekening geen onderscheid naar overstromingsrisico. Blijkbaar loopt er op dit moment een discussie of je er hierbij rekening mee moet houden of een locatie overstromingsgevoeliger is. Het voordeel daarvan zou kunnen zijn dat eigenaren een prikkel krijgen om hun huis meer overstromingsproof te maken. Een nadeel zou kunnen zijn dat hierdoor de premies in die gebieden stijgen. Het gevolg zou kunnen zijn dat mensen de premies niet meer kunnen betalen en on(der)verzekerd raken. Een en ander komt volgens het CPB aan de orde in de nieuwe Nationale Klimaatadaptatiestrategie die in 2026 moet verschijnen.
Afgaand op de afgenomen aandacht in politiek en media zou je denken dat het wel goed gaat met het klimaat. Maar helaas, de werkelijkheid is anders. Vandaag kwam het zogenaamde Production Gap Report uit. Conclusie: de voortgang is onvoldoende. Sterker nog: we bewegen nog steeds in de verkeerde richting.
“The Production Gap Report finds that 10 years after the Paris Agreement, governments plan to produce more than double the volume of fossil fuels in 2030 than would be consistent with limiting global warming to 1.5°C, steering the world further from the Paris goals than the last such assessment in 2023.” (link in de comments)
En daar ging het 1.5 gradendoel, en daarmee ook een stabiele toekomst. Eigen fossiel belang eerst.
Berichtgeving NOS
Ook onze eigen NOS schreef over het Production Gap Report. Op zich een prima en informatief stuk. Gekmakend blijft het feit dat er in nog geen bijzin wordt gerept over de gevolgen van het (ruimschoots) niet halen van het doel van het Verdrag van Parijs. Alsof het tegenvallende economische groei betreft die we later wel weer kunnen inhalen. Alsof het geen kwestie van leven of dood is. Geen enkel urgentiegevoel.
En ook nu weer fascinerend hoe de wetenschapper die aan het woord komt elke keer weer de hoop op verbetering levend houdt in plaats van nou eens een toon aan te slaan die mensen echt wakker schudt. Op deze manier is het geen wonder dat veel mensen denken: het zal wel.
Cookie toestemming
We use cookies to improve your experience on our site. By using our site, you consent to cookies.
Websites store cookies to enhance functionality and personalise your experience. You can manage your preferences, but blocking some cookies may impact site performance and services.
Essential cookies enable basic functions and are necessary for the proper function of the website.
Name
Description
Duration
Cookie Preferences
This cookie is used to store the user's cookie consent preferences.
30 days
These cookies are needed for adding comments on this website.
Name
Description
Duration
comment_author
Used to track the user across multiple sessions.
Session
comment_author_email
Used to track the user across multiple sessions.
Session
comment_author_url
Used to track the user across multiple sessions.
Session
These cookies are used for managing login functionality on this website.
Name
Description
Duration
wordpress_logged_in
Used to store logged-in users.
Persistent
wordpress_sec
Used to track the user across multiple sessions.
15 days
wordpress_test_cookie
Used to determine if cookies are enabled.
Session
Statistics cookies collect information anonymously. This information helps us understand how visitors use our website.
Google Analytics is a powerful tool that tracks and analyzes website traffic for informed marketing decisions.
Contains information related to marketing campaigns of the user. These are shared with Google AdWords / Google Ads when the Google Ads and Google Analytics accounts are linked together.
90 days
__utma
ID used to identify users and sessions
2 years after last activity
__utmt
Used to monitor number of Google Analytics server requests
10 minutes
__utmb
Used to distinguish new sessions and visits. This cookie is set when the GA.js javascript library is loaded and there is no existing __utmb cookie. The cookie is updated every time data is sent to the Google Analytics server.
30 minutes after last activity
__utmc
Used only with old Urchin versions of Google Analytics and not with GA.js. Was used to distinguish between new sessions and visits at the end of a session.
End of session (browser)
__utmz
Contains information about the traffic source or campaign that directed user to the website. The cookie is set when the GA.js javascript is loaded and updated when data is sent to the Google Anaytics server
6 months after last activity
__utmv
Contains custom information set by the web developer via the _setCustomVar method in Google Analytics. This cookie is updated every time new data is sent to the Google Analytics server.
2 years after last activity
__utmx
Used to determine whether a user is included in an A / B or Multivariate test.
18 months
_ga
ID used to identify users
2 years
_gali
Used by Google Analytics to determine which links on a page are being clicked
30 seconds
_ga_
ID used to identify users
2 years
_gid
ID used to identify users for 24 hours after last activity
24 hours
_gat
Used to monitor number of Google Analytics server requests when using Google Tag Manager
1 minute
Marketing cookies are used to follow visitors to websites. The intention is to show ads that are relevant and engaging to the individual user.